Ook in het onderwijs volgen veranderingen elkaar in hoog tempo op. Scholen hebben sinds een paar jaar zorgplicht en moeten voor iedere leerling een passende onderwijsplek regelen. Kinderen met een beperking dienen meer en meer onderwijs te volgen op reguliere scholen. En technologische ontwikkelingen hebben hun invloed op de wijze waarop kennis en vaardigheden worden overgedragen.

Bij snel wisselende omstandigheden zit de klassieke management en control stijl snel, flexibel en adequaat reageren in de weg. Managers zouden hun onderwijs professionals op de werkvloer speelruimte moeten durven geven zodat deze naar bevind van zaken kunnen handelen. Managers moeten op de kennis, loyaliteit en de creativiteit van hun professionals in het klaslokaal durven vertrouwen. Omdat leraren ter plekke veel beter op de hoogte zijn dan de manager op afstand is een decentrale uitvoering en vrijheid van handelen voor de werkvloer de enige oplossing. Zij hebben niet alleen het beste zicht op de situatie maar zijn daar ook het beste voor toegerust.

Toch wordt in de onderwijswereld veelal traditioneel topdown gestuurd en wordt de speelruimte van leraren beperkt door strikte roosterplanningen, verdeling van alerlei neventaken en bindende richtlijnen over de wijze waarop het onderwijs moet worden gegeven. Het gevolg is dat op sommige scholen leraren maar liefst 60% van hun tijd bezig zijn met neventaken en nog maar 40% met hun kerntaak: goed onderwijs geven. Daarnaast zouden besturen en directies zich meer mogen inspannen om de docenten te beschermen tegen de gevolgen van de bureaucratie die de onderwijsinspectie genereert. Op zich is het vreemd dat dit niet gebeurt want volgens minister Bussemaker en haar Staassecretaris Dekker ‘zouden scholen en leraren alleen die zaken moeten willen vastleggen waar het onderwijs beter van wordt’. Zij moeten zich niet langer verschuilen achter de onderwijsinspectie onder het motto ‘het moet van de inspectie’.

Collectieve ambitie en decentrale aansturing

Om een decentrale uitvoering mogelijk te maken en meer vrijheid van handelen te verschaffen aan leraren en docenten moeten besturen en directies met prioriteit  hun collectieve ambitie helder hebben en maken. Zij doen er goed aan om docenten te betrekken in het vaststellen van hoe zij invulling willen geven aan het primaire proces: het geven van kwalitatief uitstekend onderwijs. Bestuur en directie moeten zich uitspreken over meetbare doelen, moeten heldere prestatieafspraken maken, de noodzakelijke randvoorwaarden scheppen en resulaten analyseren en evalueren. Door duidelijk te zijn over het resultaat, dit helder te communiceren en door te fungeren als hitteschild voor de regelgeving die van allerlei kanten naar de school toe komt, kunnen zij docenten faciliteren zodat deze al hun energie op de primaire taak kunnen richten.

Werken in teams

De docent bepaalt voor een belangrijk deel de kwaliteit van het primaire proces. Hij of zij instrueert, regisseert en inspireert. Omdat het beroep van docent naast vakinhoudelijke kennis ook om didactische kennis en vaardigheid om te begeleiden vraagt, verdient het aanbeveling deze kennis met vakcollega’s te bundelen in vaksecties of docententeams. In teams kunnen docenten, meer dan individueel, invloed krijgen op de werkomgeving en komt ook de verantwoordelijkheid lager in de organisatie te liggen. De betrokkenheid wordt groter, indviduele docenten worden in hun kracht gezet waardoor eigenaarschap ontstaat. Als zo’n team verantwoordelijk wordt voor het totale ontwikkelproces van een groep leerlingen, kunnen zij elkaars complementaire kwaliteiten benutten. Zo kunnen zij gezamenlijk invulling geven aan kennisoverdracht, begeleiding, contact met de ouders, de dagelijkse coordinatie maar ook het monitoren en verbeteren van de kwaliteit van het onderwijs. Onder die omstandigheden wordt het pas echt mogelijk om zo veel mogelijk diploma’s met een zo hoog mogelijk opleidingsniveau te genereren.

Vrijheid van handelen is niet vrijblijvend

doelenDocenten willen over het algemeen niet afgerekend worden op geld en prestaties. Zij beschouwen zich als professional en zijn van mening dat zij als enige invulling geven aan het primaire product binnen het onderwijs. Een argument dat zij nogal eens gebruiken richting hun managers die in hun ogen te nadrukkelijk willen bepalen hoe zij hun werk moeten doen. Door docenten, schoolleiders en besturen met een collectieve ambitie te verbinden, heldere afspraken te maken over doelen, prestaties en randvoorwaarden krijgen docenten vrijheid van handelen en zeggenschap over de gehele ontwikkeling van een groep leerlingen. Besturen en directies garanderen door een duidelijke en tastbare collectieve ambitie de juiste richting, verschaffen de juiste randvoorwaarden en zorgen dat de docententeams zich op de primaire opdracht en de te bereiken doelen kunnen focussen. Check hier of deze stijl van leidinggeven ook past bij uw organisatie.