Leiderschap in het belang van het collectief

De banken- en economische crisis, het vertrek van een Tweede Kamervoorzitter, frauderende woningcorporaties, de politie in Keulen of een ex-voorzitter van FC Twente. Ze hebben allen één ding gemeen: pover leiderschap. Het laat daarnaast zien dat in de huidige maatschappij het persoonlijk belang vaak prevaleert boven het teambelang. Gelukkig is het niet overal kommer en kwel. In mijn boek Niemand is belangrijker dan het team beschrijf ik aan de hand van mijn ervaringen en die van anderen bij de Koninklijke Landmacht dat het ook anders kan.

De titel van het boek is niet zomaar gekozen. Binnen de landmacht is het eigen belang per definitie ondergeschikt aan het teambelang. Dat kan eigenlijk ook niet anders want zonder vertrouwen in de leiding en een hecht onderling vertrouwen is het uitgesloten dat jouw mensen je tijdens de uitvoering van risicovolle operaties zullen volgen. De bereidheid om het eigen belang ondergeschikt te maken aan het teambelang is overigens niet voldoende. Een leidinggevende moet ook toegevoegde waarde voor de groep hebben. Die toegevoegde waarde is afhankelijk van het feit of de leider zijn vak beheerst en in doen en laten het voorbeeld is voor zijn mensen.

De verrichtingen van majoor Gijs Tuinman zijn daar een treffend voorbeeld van. Tuinman kreeg in december 2014 voor zijn optreden als commandant van een eenheid commando’s in Afghanistan in 2009 de Militaire Willemsorde uitgereikt. Zijn ervaringen vormen één van de vele die in het boek worden beschreven. Als hij in 2009 naar Afghanistan vertrekt zijn er in zijn eenheid nogal wat nieuwe gezichten die voor het eerst op missie gaan. Maar liefst de helft van zijn team heeft nog maar net de Voortgezette Commando Opleiding afgerond en heeft nog geen uitzendervaring. Als de eenheid nog maar een paar weken actief is in Uruzgan komt de eenheid tijdens een van de eerste operaties in een goed voorbereide hinderlaag terecht. Korporaal Kevin van der Rijdt, één van de nieuwkomers, wordt getroffen door het vuur van een zware mitrailleur en sneuvelt. In het hevige vuurgevecht dat daarop volgt slagen een kapitein en vijf sergeanten erin het lichaam van Van der Rijdt terug te halen. Tuinman coördineert deze actie. Hij weet de gealarmeerde Nederlandse Apaches op het doel te praten en het vijandelijk vuur te onderdrukken. De dood van een teamlid maakt indruk op de groep maar versterkt ook hun vastberadenheid. “Het feit dat de oudere commando’s in de eenheid, een kapitein en vijf sergeanten, met gevaar voor eigen leven het lichaam van een onervaren nieuwkomer hebben weten veilig te stellen, heeft de andere nieuwkomers geïnspireerd en het onderlinge vertrouwen versterkt. Het sneuvelen van onze kameraad mag niet voor niets zijn geweest” aldus Tuinman.

Volgens Tuinman is richting geven en duidelijkheid scheppen de eerste verantwoordelijkheid van een leidinggevende.  

“De leider biedt perspectief, hoe slecht de situatie ook lijkt. Verandering wordt pas ingezet als hij de eerste stappen zet en zelf bereid is risico te nemen. Ook in de meest levensbedreigende omstandigheden moet je als leider een beroep op je mensen blijven doen om de gestelde doelen te halen. Sommige risicovolle opdrachten worden ook niet gelijk door iedereen met enthousiasme begroet”. Tuinman ervoer deze weerstand in zijn team tijdens een zuiveringsoperatie in de Baghtu-vallei aan het einde van hun uitzending. “De Taliban gebruikte deze vallei als afwachtingsgebied en schuilplaats voor haar aanvallen op de route die daar langs liep. Wij waren met onze eenheid al enkele dagen actief geweest, maar hadden tot dan toe slechts een paar keer vuurcontact gehad. Hoewel we na 36 uur al door onze voorraden heen waren, voelde ik dat de Taliban zich verder had teruggetrokken in de vallei. Ik wilde het initiatief dat we nu hadden behouden en besloot dat we onze actie verder te voet moesten doorzetten. Op zo’n moment zijn er toch een aantal die daar moeite mee hebben en vinden dat we voor onze eigen veiligheid moeten kiezen. Het komt er dan op aan om met geduld en overtuiging duidelijk te maken waarom er op dat moment een kans is die je moet pakken en het dus ook verstandig en verantwoord is het risico te nemen. Ik geloof niet dat je dit soort dilemma’s alleen maar kunt oplossen door de instemming van iedereen te krijgen. Soms moet je ook stappen durven nemen omdat jij als leider die overtuiging hebt”.

Niemand is belangrijker dan het team is geschreven vanuit de overtuiging dat goed leiderschap bepaald wordt door vakmanschap, voorbeeldgedrag en de bereidheid het eigen belang ondergeschikt te maken aan het teambelang. Je kunt daarnaast pas anderen leiden als je in staat bent jezelf te leiden en je de fundamentele behoefte voelt om van dienst te willen zijn. Leiden vanuit overtuiging dus. In dit boek beschrijf ik deze beginselen en illustreer ze met de ervaringen van anderen en die van mijzelf.  Daarmee daag ik andere leidinggevenden uit hun eigen leiderschapsgedrag te reflecteren. Als leider ben je nooit uitgeleerd, ongeacht of je als leidinggevende in het militaire of civiele domein actief bent. Hoewel mijn ervaringen hoofdzakelijk zijn gebaseerd op werken op de werkvloer van de landmacht zijn de uitgangspunten volgens mij zeker ook voor het bedrijfsleven en de overheid van toepassing.