Interview Jan Boot:

Jan Boot was één van de drie militairen in de leergang. En natuurlijk is dan de eerste vraag waarom een militair, die vanaf zijn opkomst binnen de Koninklijke landmacht met opdrachtgerichte commandovoering (de Nederlandse vertaling van Missionon Command) is opgevoed, inschrijft voor zo’n leergang. Temeer ook omdat Jan met zijn 46 jaar al enige jaren meeloopt binnen de landmacht.

Wat was Mission Command voor jou en wat is het nu, nadat je de leergang hebt doorlopen?

Natuurlijk was ik bekend met de uitgangspunten van Mission Command en heb ik inhoudelijk geen nieuwe dingen gehoord. Door de vragen en verhalen van mijn burger collega cursisten ben ik nu wel bewuster geworden van de kracht van het concept. Wederzijds vertrouwen is voor veel militairen dan wel heel vanzelfsprekend maar dat is voor veel collega’s in het civiele domein zeker niet altijd het geval.

Wat heeft de interactie met jouw burger collega cursisten jou voor inzichten gebracht?

Voor mij was dit aspect de belangrijkste reden om aan deze leergang deel te nemen. Ik kan nu ook zeggen dat het me ook echt wat heeft opgeleverd. Van hen heb ik naar aanleiding van de eerste twee modules reflectie gekregen die ik normaal in mijn militaire omgeving niet direct zou krijgen. Zonder op de details in te gaan hebben zij naar aanleiding van mijn leiderschapsstijl bij het uitvoeren van een aantal oefeningen het belang van soft skills laten inzien. Zij hebben mij laten inzien dat als je je kwetsbaar opstelt en dat erkent van hen veel meer terugkrijgt. Ik heb het zeer gewaardeerd dat zij mij hebben durven reflecteren op mijn gedrag. Ik heb die opmerkingen van de groep ter harte genomen en weet nu dat ik niet altijd iedereen hoef te overtuigen van mijn vakinhoudelijke kennis en dat ik de uitvoering van een opdracht niet direct naar mezelf moet toetrekken. In de militaire wereld hebben we toch nog steeds de overtuiging dat je als leider vooral geen zwaktes mag laten zien en je altijd sterk moet zijn.

Wat ben je over jezelf te weten gekomen en wat ga je daar mee doen?

Voor mij was de aftrap van de leergang met het ondergaan van een Gedrags- en Drijfveren analyse absoluut een eye-opener. Ik loop al geruime tijd mee binnen de landmacht maar weet sinds deze leergang nu voor het eerst wat mijn drijfveren zijn en waarom ik de dingen doe zoals ik ze doe. Ik weet nu ook waar mijn kracht ligt en waar ik minder goed in ben. Ik ga daar in de toekomst bewuster mee om.

Wat ga je in je komende functie als commandant van een luchtmobiele genie-compagnie toepassen met de bevindingen van de leergang?

Jan kreeg aan het einde van de leergang te horen dat zijn ambitie om commandant te mogen worden van een luchtmobiele geniecompagnie werd ingelost. Een ambitie die voor Jan zo’n beetje de rode draad was tijdens de leergang. Het is dan ook voor de hand liggend dat hij zijn observaties en bevindingen op korte termijn als commandant van een operationele militaire eenheid gaat toepassen.

Ik ben natuurlijk enorm blij met deze nieuwe uitdaging en het vertrouwen dat ze in mij stellen. Ik hoef dan ook niet nog eens te zeggen dat het heel veel energie bij me losmaakt. Het belangrijkste wat ik wil gaan doen is een duidelijke rolverdeling afspreken tussen mijn plaatsvervanger en mijzelf. Daarnaast wil ik mijn staf en ondercommandanten, zoals dat binnen Mission Command gebruikelijk is, nadrukkelijk gaan gebruiken bij het vaststellen van onze gezamenlijke doelstelling. Ik ben daarnaast overtuigd van mijn verantwoordelijkheid om te investeren in de ontwikkeling van mijn mensen. Omdat het belangrijk voor het individu is maar ook omdat het behoud van hen voor onze organisatie cruciaal is. Daarbij vind ik dat een commandant moet toezien op een verantwoorde balans tussen werk en privé.

Voor mij was de belangrijkst reden om aan deze leergang deel te nemen, de uitwisseling van inzichten en ervaringen van leidinggevenden uit een andere wereld. Mijn boodschap is dan ook dat als je die werelden regelmatig bij elkaar brengt je enorm veel van elkaar kunt leren.