De automonteur die ondernemer werd

Peter Cortel is eigenaar van het autobedrijf PeCo uit Zeist. Sinds augustus van dit jaar volgt hij de Open Leergang. In het autobedrijf ziet hij toe op de bedrijfsprocessen maar doet hij ook de aanvullende reparaties waar zijn monteurs niet aan toe komen. Daarnaast doet hij zelf de administratie. Zonder dat hij daar zelf al te veel ruchtbaarheid aan geeft is hij het eerste groene autobedrijf in de regio Utrecht. ‘In 1985 ben ik als automonteur voor mezelf begonnen. Ik ben  dan ook op de eerste plaats automonteur en geen manager. Ik ben er niet voor opgeleid en heb een mening over meeste managementopleidingen. Daarnaast zijn ze erg kostbaar’.  

‘De reden dat ik me toch voor deze leergang heb ingeschreven is tweeledig. Ik ben geen lezer, maar heb een poosje geleden het boek van Otto van Wiggen ‘Niemand is belangrijker dan het team gelezen’. De inhoud triggerde mij. Niet alleen omdat ik Otto uit een ver verleden ken. We hebben samen de commando-opleiding in 1982 gevolgd, en gelijktijdig onze groene baret gehaald. Daarna was hij in de parate tijd bij het Korps Commandotroepen mijn pelotonscommandant.  Maar ook omdat ik bij het lezen van het boek tot de conclusie kwam dat ik toch al veel van de aanbevelingen van het boek op het gebied van leiderschap zelf toepas. Zonder dat ik het me echt realiseer. Je zou mij ‘onbewust bekwaam’ kunnen noemen. Daarnaast moedigde mijn vrouw mij aan om een management opleiding te gaan doen. Zij kent mij natuurlijk al langer dan vandaag en heeft ervaring met managementopleidingen. Toen ik haar vertelde over mijn diensttijd en de ervaringen die ik met Otto bij het Korps Commandotroepen heb opgedaan en interesse had in deze leergang, sprak zij de hoop uit dat ik ‘naar deze mensen misschien wel zou gaan luisteren’.

‘Wat ik natuurlijk al wist maar wat in de tweede module (Persoonlijk Leiderschap) van de leergang nog eens extra werd benadrukt is dat ik niet zo goed ben in het verplaatsen van mezelf in de schoenen van een ander. Ik ben ook niet echt diplomatiek en heb moeite met dingen loslaten. En als ik niet echt tevreden ben over de wijze waarop ze hun werk doen, doe ik het zelf wel. Toch is dat voor mij best wel belangrijk want ik ben inmiddels achter in de vijftig en zal toch te zijner tijd wat meer afstand moeten nemen. Om daar mee te gaan experimenteren heb ik in de leergang met hulp van mijn mede cursisten een commanders intent geschreven voor mijn autobedrijf. Met dat intent geven we aan waar we als bedrijf  sterk in zijn, op welk vlak we ons op kunnen onderscheiden van de concurrentie maar ook wat ik van mijn monteurs verwacht.

Voor mij was het best wel spannend om dat op een geschikt moment een keer met hen te delen. Alsof zij het gevoel kregen dat ik iets geleerd had op een cursus en dat nu even in de praktijk ging brengen. De reactie na mijn presentatie was echter boven verwachting positief. Ze herkenden zich in mijn verhaal maar het leek ook wel alsof ze zich toen pas realiseerden wat ons als autobedrijf nu zo uniek maakte. Ik kreeg ook de indruk dat het ze een gevoel van trots heeft gegeven en dat ze nu ook begrijpen wat ik van hen nodig heb als ik wat meer afstand wil nemen. Vanaf dat moment hebben we afgesproken dat we wat vaker gestructureerd bij elkaar moeten zitten.  Een soort ‘Keek op de Week’ om zo de goede ervaringen en punten ter verbetering met elkaar te inventariseren en daar verbeterafspraken op te maken’.

Wat we verder gedaan hebben is het aanpassen van onze ontvangstbalie. Zodat de bezoeker het gevoel krijgt ook echt in de meest Groene garage van Utrecht terecht te zijn gekomen. Daarnaast heeft de leergang mij duidelijk gemaakt hoe belangrijk het is om het gevoel van trots binnen mijn club te versterken. Ik let er nu op dat we de kleine succesjes die we boeken delen. Een artikel in de plaatselijke krant, of een doosje chocolaatjes met een begeleidend briefje van een tevreden klant omdat we haar snel hebben geholpen met een defect’.  

‘Ik heb meer uit deze leergang gekregen dan ik verwacht had. Ik ben gaan groeien als manager en dat komt natuurlijk omdat ik voor het eerst een spiegel krijg voorgehouden. Van mijn mensen in het autobedrijf krijg ik nu al terug dat ik me anders naar hen opstel. Wat ik sterk vind van de leergang is dat de hoeveelheid theorie beperkt blijft tot het noodzakelijke. Door de praktische opdrachten en de praktijkvoorbeelden krijgt die theorie betekenis.

Wat mij erg geholpen heeft is ook te horen met welke problemen en uitdagingen mijn collega cursisten worden geconfronteerd en hoe ze daar mee omgaan. Inmiddels zijn we als deelnemers aan de leergang zo’n hechte groep geworden dat we elkaar ook gevraagd en ongevraagd feedback durven geven. De inzichten van één van mijn collega’s hebben mij enorm geholpen in het formuleren van mijn commanders intent voor mijn eigen autobedrijf. Iets wat ik mezelf in mijn eentje niet zo snel zal zien doen. In dat opzicht is de begeleiding van de trainers tussen de modules door heel waardevol geweest. Niet alleen op de werkplek maar zelfs bij me thuis. Op deze wijze gaat het mij lukken om de inzichten die ik tijdens de leergang heb opgedaan, te verwerken en om te zetten naar concrete verbeterstappen in ons autobedrijf’.